ERK-niveau: A1 (beginner).
Activiteit: spreek- , lees- en luistervaardigheid.
Leeftijd: 6-8 jaar (deel 1) en 8-10 jaar en ouder (deel 2).
Elena is een laagdrempelige methode om te beginnen met vroeg vreemdetalenonderwijs. Deze interactieve lesmethode over het meisje Elena en haar familie en vrienden is gratis te gebruiken. Er bestaat een versie voor Frans, maar ook voor Duits en zelfs voor Nederlands. De methode is bedoeld voor onder- en middenbouw en is eventueel zelfs te gebruiken tot en met groep 7/8. Bij ieder thema – zoals familie, feest, sport, vakantie – vind je video’s, flashcards en spelletjes. Voor de leerkracht zijn er lesplannen. De Franse Juf bespreekt de methode.
Deel 1: Elena voor de onderbouw (vanaf 6 jaar)
In 10 lessen maken de leerlingen kennis met Elena, een meisje van 7 jaar, haar familie en nieuwe vriendjes aan de hand van verschillende thema’s. Ieder thema (hoofdstuk) is op dezelfde manier opgebouwd en bevat terugkerende activiteiten, zoals: praatje bij een plaatje, muziek luisteren en meezingen, rijmpje opzeggen, spelletjes spelen en kleuren. De kinderen leren de Franse woorden en zinnetjes als ‘chunks’ (kant-en-klare brokken taal), dus zonder de bijbehorende grammatica-regels. De handleiding voor de docent bevat duidelijke aanwijzingen over de manier waarop je de lessen kunt geven. Ook is er aandacht voor differentiatie. Dit zijn de 10 thema’s:
- Groeten en jezelf voorstellen
- School
- Spelen
- Wonen
- Eten en drinken
- Boodschappen doen
- Feest vieren
- Op de boerderij
- Kleding
- Vakantie
Deel 2: Elena voor de middenbouw (vanaf 8 jaar)
In deze versie van het programma is Elena ouder geworden (9 jaar) en maakt ze nieuwe avonturen mee met haar familie en vrienden. De thema’s passen bij kinderen in de midden- en eventueel bovenbouw van de basisschool. Wel is het handig dat de leerlingen eerder al de lessen van Elena onderbouw hebben gevolgd. Er wordt namelijk verondersteld dat de leerlingen al over een (beperkte) basiswoordenschat Frans beschikken. Deze wordt in de middenbouwversie herhaald en verder uitgebreid met behulp van video’s, flashcards, oefeningen en werkbladen. De leerlingen kunnen ook zelfstandig oefeningen maken (ook op hun smartphone). Dit zijn de 10 thema’s:
- Familie
- Ziek zijn
- Spelen (met picnic)
- Dieren
- Winkelen
- Mensen
- Sporten
- Buiten
- Ontbijt
- Tijden
Review Franse Juf:
Pluspunten van de methode: De onderwerpen sluiten goed aan bij de belevingswereld van jonge kinderen. Leuk is het gevarieerde, interactieve lesmateriaal, zoals een kleurplaat die je zelf kunt vormgeven, memory en karaoke. Ook sterk vind ik dat er veel herhaling is èn dat de methode heel toepassingsgericht is: er is veel aandacht voor spreken en luisteren. Verder is het natuurlijk prachtig dat de methode geheel gratis aangeboden wordt en dat er een doorlopende leerlijn is van groep 3 tot en met groep 6 (eventueel zelfs tot in de bovenbouw). Minpunten: naar mijn idee is het beeldmateriaal vrij statisch en doen de kinderliedjes in de versie voor de onderbouw een beetje ouderwets aan. De middenbouw-versie is vlotter en bevat meer bewegend beeld. Verder vind ik het jammer dat de methode vooral gericht is op woordenschatonderwijs en dat de leerlingen nauwelijks iets leren over de cultuur en de manier van leven van het land/de landen waarvan ze de taal leren. Over het algemeen vind ik het echter een mooie methode die absoluut het proberen waard is.
NAAR DE METHODE ‘ELENA FRANS VOOR KINDEREN’:
PS. Ben je leerkracht of ouder en wil je nóg meer weten de didactiek van Elena? Op de website van Nuffic (de Nederlandse organisatie voor internationalisering in het onderwijs) kun je een gratis online cursus ‘buurtaalondewijs’ volgen.